Toegankelijkheid van het werk voor de opdrachtgever
Mai Linh maakt graag werken in opdracht, waarbij ze veel waarde hecht aan de toegankelijkheid van haar werk. Iedereen zou haar werk kunnen kopen en er gelijktijdig een persoonlijke betekenis aan toe kunnen schrijven. Dit bereikt ze door met de opdrachtgever, die geen medemaker is, in gesprek te gaan, deze een plant te laten kiezen en te laten reageren op verschillende schetsen.
“Laatst heb ik een werk gemaakt voor een echtpaar dat bevriend is met mijn ouders. De vrouw van het stel was in december bij mijn moeder op bezoek en ik raakte met haar in gesprek. Er hingen daar drie grote werken die ik had gemaakt, en één daarvan sprak die vrouw erg aan. Op het werk was een fluitenkruid afgebeeld, waardoor de vrouw moest denken aan een wilde peen, omdat die plant insecten voor de gek houdt. Ze wilde graag dat ik die plant eens in echt zou zien groeien, wat toen, in december, nog niet het geval was. Daarom ging er enige tijd overheen voordat ik haar weer zag. Toen de zomer naderde ontving ik een mail van haar: ‘Heb je ze al zien bloeien?’ Vervolgens ben ik bij het echtpaar op bezoek geweest, en zijn we op zoek geweest naar die plant. We hebben langs de snelweg, op zo’n provinciale weg, de auto geparkeerd en toen heb ik met een schop die plant uit de aarde getrokken.

Mensen raken vaak geïnteresseerd in mijn werk omdat ze geïntrigeerd zijn door de techniek. Vaak kiest iemand die mij aanklopt dan zelf een plant uit, die op soortgelijke wijze kan worden afgebeeld. Die plant is meestal verbonden aan een persoonlijke betekenis of herinnering. Ik ga dan met zo iemand in gesprek en blijf dat doen in verschillende stadia. Welk onderdeel van de plant is het belangrijkst, hoe kan deze het best naar voren gebracht kan worden? Ook vraag ik naar de materiële basis: wat voor achtergrond en techniek heeft de voorkeur? Bovendien wil ik altijd weten waar een werk komt te hangen. Als ik deze informatie heb, kom ik met een voorstel, in de vorm van een serie schetsen. Samen met de opdrachtgever bespreek ik dan de betekenis, wat er is afgebeeld en wat de compositie is. Het kan zijn dat in het uiteindelijke eindwerk het besprokene helemaal niet meer centraal staat, omdat ik door mijn kennis en kunde kan laten zien dat wat iemand in eerste instantie als beeld in zijn of haar hoofd had, niet per se het sterkste beeld oplevert. Of dat het niet aansluit bij een persoonlijke betekenis of ervaring in relatie tot die plant. Ik luister altijd naar mijn opdrachtgevers, maar ik neem alleen de suggesties mee die ik vind passen. Dat hoort bij mijn werk, dat is wat ik kan. Ik neem de ander hierin heel serieus mee, in dit proces. Ik maak zo’n werk immers speciaal voor die ander, dat hangt straks in huis aan een muur. Ik móet de opdrachtgevers wel serieus nemen want ze betalen me er voor. Als ik hen niet serieus neem, kan ik niet iets serieus afleveren.”